Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], De koning nu stond aan den [5]pilaar, en maakte een verbond [6]voor des HEEREN aangezicht, om [7]den HEERE na te wandelen, en Zijn geboden, en Zijn getuigenissen, en Zijn inzettingen [8]met ganser harte en met ganser ziele te houden, [9]bevestigende de woorden dezes verbonds, die in dit boek geschreven zijn. En het ganse volk [10]stond in dit verbond. 5. Zie boven, hfdst.11 vs.14. 6. Dat is, in het voorhof des volks, dat voor het voorhof der priesters, voor aan den tempel des Heeren was, waarin de ark des verbonds was, boven welke zich de Heere openbaarde. Zie Lev.1:3. 7. Dat is, in de wegen des Heeren te wandelen. Wat dit is, zie 1 Kon.11:33, en de woorden hier volgende. 8. Zie Deut.6:5. 9. Zie Deut.27:26. 10. Dat is, hield zich daaraan, en was daarmede tevreden. Alzo is ons verboden te staan in een kwade zaak, Pred.8:3. Dat is, zich daaraan te houden en dezelve toe te staan.